Het zeewater bij de havenstaden was vervuild.
Waterschepen voeren de zee op, ver weg van het vervuilde water bij de steden, om schoon zeewater in te nemen. Deze schepen waren uitgerust met een zogenaamde bun. Dit is een apart compartiment in het schip die men via een inlaat vol met water kon laten lopen. Als de bun vol was werd de inlaat gesloten en voer het schip naar de zoutkeet om het schone zeewater af te leveren. Bij de zoutketen werd het zeewater overgeheveld in een zoutwaterreservoir dat was aangelegd in de nabijheid van de pekelput.
Een zelfde soort waterschepen werden in de visserij gebruikt. Hier werd de bun gebruikt om de gevangen vis vers en levend te houden. Bij deze schepen waren de huidplaten ter hoogte van de bun geperforeerd waardoor vers zeewater in en uit kon stromen.
Het Markerwaterschip werd ook gebruikt als sleepboot.
Een beroemd en veel voorkomend type was het Markerwaterschip. Dit schip bleek ook uitstekend geschikt om als sleepboot te fungeren. Deze met watergevulde schepen lagen stabiel in het water. Een stuk of tien van deze scheepjes sleepten zeilend een grote lege koopvaarder van de rede van Texel naar de thuishavens Enkhuizen, Hoorn en Amsterdam.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Volgende Blog: Zout en zeewater wordt pekel
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------