Door Henk van Woesik juli 2000. (Bewerkt in juni 2013).
De historie van de zouthandel.
Dit artikel gaat over zout, hoe het werd verkregen werd gezuiverd en zelfs de levensduur van schepen aanzienlijk verlengde.
Het zout was bij de Romeinen kostbaar.
Al in de tijd van de Romeinen was zout kostbaar. Het diende zelfs als betaalmiddel. Zo kregen soldaten hun soldij uitbetaald in zout, bet salarium, een woord dat nog voortleeft in ons woord salaris. Zout zou ook in later tijden een geliefd artikel blijven, als smaak versterker in kaas en boter en als onmisbaar conserveermiddel voor bet bewaren van vlees en haring. Hiervoor waren grote hoeveelheden zout nodig.
Het haring kaken.
Ondanks het zouten kon haring maar kort bewaard worden. Dat veranderde in de loop van de 14e eeuw, toen het haringkaken vanuit Willem Beukelszoon het haringkaken vanuit Schonen(1). meebracht naar ons land. De haring kon daardoor langer worden bewaard, met als gevolg dat de vraag naar haring groter werd. Toen Hoorn ook nog het grote haringnet breide en een groter buisschip ontwikkelde, werd haring gevangen bij de vleet.Zo kon de haring ons nationale voedsel door al deze ontwikkelingen nam de vraag naar zout toe.
De haringindustrie was groot.
De haringindustrie gebruikte grote hoeveelheden, wel 1 ton zout per 5 ton haring. In 1575 was het totaalverbruik aan zout in Nederland 46.200 ton. Hiervan werd 32% door de vishandel en 68% voor huishoudelijk gebruik toegepast, vooral voor het zouten van vlees.
Haring pakken en roken bij de Haringpakkerstoren in ca.1600, Amsterdam.
Noten:
(1).In de 14e eeuw was de Oostzee de plaats waar de haring zich ophield. Deze werd door Hollanders verhandeld op een stukje land, Schonen (Skåne), aan de zuidwestkust van Zweden dat vroeger van Denmarken was. In de 15e eeuw trok de haring naar de Noordzee.
Ga naar de onderstaande link van de blog ‘Nederland haalt zout uit darinkdelven’. Verder staat onder iedere blog de link naar de volgende blog. De laatste blog brengt u weer terug naar het menu.