De storm van 1775 begon met een harde wind uit het zuidwesten en ruimde daarna naar het noordwesten. De wind groeide aan tot een zware storm of zelfs een orkaan. De noordwester storm dreef het Noordzee het water door de zeegaten van het Marsdiep en het Vlie de Zuiderzee in. Dit was één van de zeer gevaarlijke Zuiderzeestormen waarin het Zuiderzeewater van ongekende hoogten werd opgezweept . Bij zo’n gevaarlijke toestand werden de dijken doorbroken en het land onderwater gezet.
In Hoorn werd bij deze storm een groot deel van Hoorn onderwater gezet. Deze gebeurtenis is vast gelegd in de kroniek (1).
‘…..Over het Oost spoelde het water insgelijks. Van de Roodesteen af tot aan de Oude ofte de Gevange Poort liep het op de meeste plaatsen over die straat en dat op eenige plaatsen met sulk een geweld, dat de steegen door de sterke stroomen niet te gebruyken waaren, waardoor hier de laage plaatsen ook onder water geraakte, gelijk de Trommelstraat, de Breedstraat, Gerritsland, Kleyne Gravestraat, Peperstraat, voor een gedeelte het Kerkhoff, als ook verscheydene steegen. Op het Klijn Oost was het even soo gesteld, stroomende op de meeste plaatsen over. Aan de buyten of zeekant van de stad was het in deese tijd heel erg gestelt, want op plaatsen daar bevorens nooyt geen hinder van het hooge water waar geweest, liep nu alles merkelijk onder.Op de Vismarkt stond het water op de kaay 7 voeten hoog en tot aan de klopper van de deuren en de menschen werden aldaar met schuyties uyt de bovenvensters van haar huysen gebragt door de Havesteeg tot aan de Roode Steen…..’
Van de gegevens in de tekst kan de hoogteligging van de Roode Steen bepalen en de talud van de Grote Havensteeg.
Op de kaart zijn de metingen aangegeven voor de berekeningen van hoogteligging van de kaden t.o.v. het NAP. Teven is de lijn gegeven van de doorsnede van de stad in 2012.
Voor het bereken van de hoogteligging van Roode Steen in 1775 zijn de volgende stellingen gebruikt:
In een waterdoorlatende grond gaat bij het dalen van het grondwaterpeil de bodem met vertraging ook dalen. Dit is niet omkeerbaar.
Bij oevers en kaden die aan de zeekant liggen wordt het grondwaterpeil gelijk aan het aanliggende zeewaterpeil. Het grondpeil volgt het gemiddelde zeepeil.
Het gemiddelde zeewaterniveau van de Zuiderzee tussen 1250 t/m 1932 is de +10 cm en -20 cm. rond het NAP gebleven.
In Hoorn zijn de havens direct met het zeewater verbonden. De sluizen stonden meestal altijd open. Door deze geringe dalingen van het gemiddelde zeewaterniveau is uitgegaan dat de kadenhoogten t.o.v het NAP. De daling van de kaden zijn nihil.
In het bericht uit het kroniek staat dat de zeewater over en langs de Roode Steen heeft gestroomd. Hieruit is gekozen dat bij de gemiddelde golfslag net het markplein lag.
Vele malen is de Roode Steen verhoogd. De laatste is geweest in 1560. Hierna werd het gebouw van het huidige Westfries Museum gebouwd.
Bronnen
(1) Saaltink H.W. Drs., Vervolg op de Chronyk der Stad Hoorn van de heer Dr.Velius.
Ga naar de onderstaande link van de blog: 'De hoogte meting van de kaden t.o.v. het NAP' . Verder staat onder in de blog de volgende blog. De laatste blog brengt u weer terug naar het menu.